maandag 19 mei 2014

ABC van nutteloze weetjes – U Uur

We zijn eraan gewend, een dag heeft 24 uren, we tellen de uren vóór de middag en beginnen opnieuw met de uren na de middag. Maar het is niet zo logisch dat we op vrijwel alle andere gebieden het decimale stelsel gebruiken, maar dat onze tijdrekening nog twaalftallig is. Gelukkig bestaan er uitzonderingen op deze regel, anders was deze bijdrage erg saai geworden.

Tijdens de Franse revolutie is er een tijd lang decimale tijd gebruikt. Dit bleek niet erg praktisch, de mensen konden er niet goed mee omgaan. Logisch, want we gaan het jaar ook niet decimaliseren, een omwenteling om de zon blijft namelijk een niet-decimale verhouding hebben ten opzichte van een omwenteling van de aarde om de eigen as. Net zo weigert de maan zich in een baan te laten dwingen waarin zij een decimale verhouding van de omlooptijd heeft tot de omwenteling van de aarde om de eigen as, laat staan het probleem hoe die omlooptijd ook nog eens decimaal zich moet gaan verhouden tot de lengte van het jaar. Toch bestaan er nog altijd voorstanders van de decimale tijd. Ook in de film Metropolis uit 1927 is decimale tijd te zien, maar het opvallende is dat de arbeiders/slaven volgens die tijd moeten werken, terwijl in de huizen van de gegoede burgers gewone twaalfurige klokken hangen.

De manier waarop de twaalfurige tijd wordt genoteerd is echter ook niet altijd even logisch. Heb je de Engelse notatie, dan is er een verschil tussen de tijd vóór en die na de middag, namelijk a.m. en p.m. Een probleem ontstaat met twaalf uur. 12.00 p.m, is dat het middaguur of het middernachtelijk uur? Dit is tegenwoordig opgelost met de internationale tijdnotatie, waarbij men doortelt tot 24 uren in een dag. Hierbij hoort dan ook dat een dubbele punt als scheidingsteken wordt gebruikt, dit in tegenstelling tot de Duitse notatie die een punt gebruikt, die echter kan worden opgevat als een decimale punt, wat dus tot vergissingen kan leiden.

De meest correcte decimale tijdnotatie zou zijn om naar de natuurkundig verantwoorde tijdrekening te gaan, waarbij we afstappen van de seconde en de kleinste absolute tijdseenheid als basis nemen. Het enige probleem dat we dan houden is dat we zo snel moeten tellen. De kleinste tijdseenheid is volgens de kwantummechanica de tijd die het licht nodig heeft om een quantumlengte af te leggen. Berekenen we die, dan komen we op . Met andere woorden, de dag zou dan ongeveer 1,6027 octiljoen plancktijden duren. Een octiljoen is een 10 met 48 nullen. Waarschijnlijk zouden zelfs politici dan begrijpen dat dit niet realistisch is.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Reacties zijn welkom. Houd je aan de gewone regels van algemeen fatsoen. Anonieme reacties worden (meestal) verwijderd.