woensdag 9 april 2014

Het Joods Kindermonument op het Rabbijn Maarssenplein

Hier was vroeger het hart van de arme, Askenazische, Joodse wijk, met onder andere de Bezemstraat. Deze straat is samen met enkele andere verpauperde straatjes helemaal gesloopt en vervangen door het Bezemplein. In 2006 werd het vernoemd naar de in 1943 in Sobibor vermoorde Rabbijn Maarssen, de Haagse opperrabbijn sinds 1925.

Op de plek van het kindermonument stond een lagere school die door veel Joodse kinderen werd bezocht, zij het nooit meer dan 50%. Den Haag kende geen echt Joodse wijken, de Joodse aanwezigheid was nooit overheersend, ook niet op de scholen. Er was ook nooit een openlijke vorm van antisemitisme waardoor het hebben van specifiek Joodse scholen zou zijn gestimuleerd. Het enige uitzonderlijke was dat de Joodse kinderen op zaterdag, de sabbat, vrij kregen, wat toen nog niet gebruikelijk was voor niet-Joodse kinderen, en op de Joodse feestdagen. Verder werd er Joodse godsdienstles gegeven. Pas in de oorlog werd het een echt Joodse school, toen de Duitsers deze school aanwezen als de school waar alleen Joodse kinderen naar toe mochten.

Het kindermonument, onthuld op de dag van het kind, 20 november 2006, is uitgevoerd als een zestal trappen in de vorm van stoeltjes. Op de buizen staan de namen van 400 Joodse kinderen geschreven die op de school hebben gezeten. De namen zijn geschreven door schoolkinderen en door de kunstenaars, Sara Benhamou en Eric de Vries, verwerkt. Het is vormgegeven als een speeltoestel, met een rubberen speelmat. Op de aluminium rand rond de rubbermat staat in het Nederlands en het Hebreeuws: “Verdwenen is de Joodse buurt. Verdwenen zijn de kinderen. Weggevoerd en vermoord in de Tweede Wereldoorlog. Omdat ze Joods waren. Ongeveer 1700 Haags-Joodse kinderen keerden niet meer terug. Velen van hen speelden hier. Gingen hier naar school. Laten we ze niet vergeten en zorgen dat zoiets nooit meer gebeurt”.

Het aantal, 6, slaat op de 6 miljoen Joden die vermoord zijn in de tweede Wereldoorlog. De stoeltrappen zijn symbool voor de spelende kinderen die naar de hemel zijn gegaan. De 400 namen representeren de 1700 Joodse kinderen die uit Den Haag zijn weggevoerd. Op 19 april 2012 werden in het kader van de Jom Hasjoah-herdenking in Den Haag de namen van alle 1700 kinderen voorgelezen door Haagse basisschoolkinderen. Opdat wij niet vergeten…

Elk jaar wordt op deze pek de Jom Hasjoah-herdenking afgerond die begint met een interreligieuze samenkomst in de Kloosterkerk. Daarna volgt een tocht door de oude stad die eindigt bij het Kindermonument. Daar worden dan bloemen gelegd bij het monument. Vaak spelen kinderen op het monument, omdat het als een leuk speeltoestel is vormgegeven. Een moeder komt geschrokken haar kinderen weghalen, ze wil niemand kwetsen, ze had niet door dat het een monument was. Haar kinderen hebben niets verkeerd gedaan, het was juist troostrijk voor degenen die hier kwamen om te gedenken, in de profetieën van Zecharja staat immers dat er weer spelende kinderen zullen zijn.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Reacties zijn welkom. Houd je aan de gewone regels van algemeen fatsoen. Anonieme reacties worden (meestal) verwijderd.