woensdag 17 augustus 2005

In de woestijn

Ik leef in de woestijn. Ik overleef in de huilende wildernis van de moderne stad. Overal om mij heen het kabaal van mensen, het geraas van verkeer en het jachten en jagen van het moderne leven. En vrijwel nergens zie ik een teken van leven.
Ik zie jongelui die zich verschuilen achter de koptelefoon van hun discman. Ik zie een moeder die de dag begroet met een vermoeide zucht. Ik hoor een gesprek tussen een meisje en een vriendin van haar (“waar zit je nu? Ik, ben in de tram.”). Spits en Metro wapperen voorbij. Mensen rennen langs me heen. Ik zoek hun ogen, maar niemand kijkt.
Ik schrik van mezelf: ik doe mee! Ook ik kijk strak voor me uit. Ik zoek geen opening voor een gesprek. Ik bemoei me met mezelf. En mijn gedachten razen net zo snel voorbij als het verkeer.
“Goedemorgen!” Een oprechte groet klinkt. “Hoe gaat het met je?” Ze staat stil, kijkt me belangstellend aan, wacht op mijn antwoord. Ik sta stil. Ik voel me stil worden, en zeg dan: “Goed, nu wel…”
Goed, want ik heb een oase gevonden. Middenin de woestijn is er een mens – en er is weer stilte in mijn hart, er is weer rust in mijn bestaan. In de woestijn van het leven heb ik een mens ontmoet. En daar word ik stil van…

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Reacties zijn welkom. Houd je aan de gewone regels van algemeen fatsoen. Anonieme reacties worden (meestal) verwijderd.